Keuzestelsel
Met het zomerakkoord vorig jaar plande de regering al om het optioneel stelsel in te voeren. Dit ging uiteindelijk om budgettaire redenen niet door. Eind maart besliste de regering om het dan toch in te voeren.
Het gaat om een optioneel stelsel. De verhuurder en huurder moeten er samen voor kiezen. Als ze dat niet doen, zijn de gewone regels van toepassing en is de onroerende verhuur van btw vrijgesteld.
Voorwaarden
Belaste onroerende verhuur kan alleen voor nieuwe gebouwen of op grondige renovaties van bestaande gebouwen. Grondige renovatie betekent dat de kostprijs van de werken minstens 60 % bedraagt van de verkoopwaarde van het gebouw na de renovatie. De huurder moet btw-plichtig zijn en het gebouw gebruiken voor zijn economische activiteit.
Gevolgen van de keuze
Als partijen voor het stelsel kiezen:
Rekent de verhuurder btw aan op de verhuur.
Kan de verhuurder de btw op de oprichtingskosten aftrekken.
Kan de huurder de btw op het huurgeld aftrekken.
Verplichte btw verhuur bepaalde goederen
In principe blijft onroerende verhuur vrijgesteld van btw. Het optionele stelsel is een vrijwillige uitzondering op deze regel. Daarnaast bestaan er al langer enkele verplichte uitzonderingen. Die blijven gewoon bestaan.
Er wordt altijd btw aangerekend op verhuur van …
Parkeerruimte voor voertuigen.
Gemeubeld logies in hotels, motels, enz.
Kampeerplaatsen.
Blijvend geïnstalleerde machines.
Safeloketten.
Nieuw: ook korte verhuur altijd belast
Aan deze lijst voegt de regering een nieuwe uitzondering toe. Vanaf 1 oktober 2018 zal de korte verhuur van onroerende goederen altijd aan btw onderworpen worden (bv. verhuur van feestzalen, congreszalen).
Vanaf 1 oktober
De nieuwe regels treden in principe op 1 oktober 2018 in werking.